Toen rector Dirk Bruins (1854-1926) van het Zutphense gymnasium Jo Spier (1900-1978) het diploma overhandigde voegde hij zijn leerling de woorden toe: “Noem het je héle leven een wonder Gods! Het is dat ik weet, dat je toch voor tekenen doorgaat.”
En dat deed hij: tekenen! Niemand gaf het wit tussen de spaarzame lijnen zoveel betekenis als Jo Spier dat deed, zo schrijft zijn biograaf Van Gelder. Het is jammer dat ik niet over het origineel beschik van de tekening van de IJssel bij Zutphen. Liefst natuurlijk met een spierwitte achtergrond. Dan immers kan ik het Van Gelder zonder enige twijfel nazeggen: het wit betekenis geven tussen de spaarzame lijnen. Jo Spier kon het en wie wil dat eigenlijk niet?
Ondanks de opmerking van de rector deed Jo Spier toch een poging om voor de studie medicijnen in aanmerking te komen, maar dat bleek een bevlieging. Het werd de tekenkunst, zoals de rector hem had gezegd, en dat zou Nederland weten. Hij werd een bekend tekenaar die, zo schrijft Menno ter Braak “in zijn genre een meesterschap [heeft] bereikt dat niemand zal kunnen loochenen, zonder onrechtvaardig te worden.”
Een geliefd tekenaar, maar ’t kan verkeren. Ook de NSB-leider Anton Mussert hield van zijn tekeningen en dat betekende dat hij hem tijdens de oorlog onder zijn “bescherming” liet vallen. Hoewel Spier volledig geassimileerd was (en hervormd lidmaat) die met de Vrijheidsbond en Vrijzinnig Democraten was opgevoed, telde dat niet voor de Duitsers. Uiteindelijk kwam hij in het kamp Theresienstadt terecht. Uit de lucht gegrepen geruchten gingen over in valse beschuldigingen van Deutschfreundlichkeit en dat leidde tot hartzeer. Dus toch onrechtvaardigheid. Jo Spier besloot in 1950 te emigreren en bouwde in Amerika opnieuw een succesvolle carrière op.
Vier jaar voor zijn dood vroeg een vriend hem naar zijn geloofsovertuiging. Hem schreef Spier dat hij geloofde dat er ‘één elektrische centrale is met een heleboel stopcontacten, sommige met een kruis, andere men een Davidsschild of een halve maan. De moeilijkheid is om een stopcontact te vinden waar mijn stekker goed in past. Ik ben er nooit in geslaagd (…), maar ik geloof in de elektrische centrale waar de stroom voor ons allemaal vandaan komt.”
Die stekkers met de electriciteitscentrale levert een alleraardigst beeld op, maar mooier vind ik de tekening met de stromende IJssel bij Zutphen. Water en witheid die betekenis geeft: een wonder Gods.
N.a.v. Henk van Gelder (1994). De tekenaar Jo Spier (1900-1978). Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar. Nr. 4281 - 56. Paperback, 156 pp., ill. (tekeningen), met bibliografie, register. Gesigneerd door Henk van Gelder en met opdracht (voor Igor Cornelissen): "voor een collega voetnoot-onderzoeker!". Niet meer leverbaar