In 't Wasdom

antiquariaat Cornelissen & De Jong – Notter | Zwolle
januari 30th, 2023 by Jaap de Jong

“Een even complex als veranderlijk wezen.” Montaigne over de mens

Ik schrok vannacht wakker vanwege het vallen van een boek uit één van de boekenkasten van mijn verscheiden kompaan Igor Cornelissen. Rode houten boekenkasten die wij de afgelopen weken op onze nieuwe locatie reconstrueerden. Het is allemaal nog niet af, maar het vordert. Een duurzame reconstructie; soms herbruik ik minstens vijftig jaar oude schroeven.

Vanmorgen raapte ik het gevallen boek op; een bundel uit de reeks van thematische vertalingen die Hans van Pinxteren samenstelde uit de Essays van Michel de Montaigne (1533-1592). Montaigne werkte een leven lang aan de Essays die hij steeds aanvulde en veranderde. Zijn thema was de mens, even complex als veranderlijk.

De bundel was opengevallen bij het opstel Over een gedrochtelijk kind. Aanleiding is een kind van veertien maanden dat werd meegesleept als rariteit. Zijn begeleiders verdienden er een paar stuivers mee door het tentoon te stellen. Montaigne beschrijft het kind tot op het detail, inclusief de wijze waarop het eet, zich beweegt en hoe het vanaf de tepel vastzit aan een ander kind dat geen hoofd heeft. Even verderop verhaalt hij over een dertigjarige herder die hij in de Médoc ontmoette. Die bezit geen geslachtsorganen, maar wel drie openingen waardoor hij zijn water loost. Hij heeft een baard, kent begeertes en zoekt lichamelijk contact met vrouwen, zo schrijft Montaigne.

Naast het vertellen van zo’n verhaal uit eigen observatie strooit Montaigne gretig met citaten van de klassieken en trekt daarna zijn conclusie. In allerlei variaties komt die conclusie neer op zijn levensmotto. Een wijsheid die hij ook in één van de zolderbalken van zijn kasteel liet zetten: schort je oordeel op.

In dit specifieke geval stelt Montaigne dat alles bestaat krachtens de veelvormige natuur. Wat wij tegennatuurlijk noemen druist slechts in tegen onze eigen gewoonten. En nog eens: “wat wij monsters noemen zijn dit niet voor God, die de talloos vele vormen overziet die hij in zijn onmetelijke schepping heeft geconcipieerd.” Met deze woorden bewijst Montaigne wat mij betreft terecht dat het christendom een humanisme is. Dit natuurlijk geheel terzijde.

Midden jaren negentig las ik de Essays van Montaigne voor het eerst. Andre Klukhuhn noemde in Sterf oude wereld. Een inleiding tot de eenentwintigste eeuw (1995) zijn naam zo vaak dat ik niet om het lezen van Montaigne zelf heen kon. Het was een fantastische ontmoeting; alsof ik met een tijdgenoot, een vriend praatte over zaken die voor ons beiden van het allergrootste belang waren. Het kon gaan over de dood van de een en het brood van de ander, maar ook over het bidden, eigendunk en ijdelheid, de nadelen van een hoge positie of hoe de geest in zichzelf verstrikt kan raken en hoe je daaruit kunt komen. Ik las alles behalve de Apologie voor Raymond Sebond waar ik waarschijnlijk vanwege de lengte niet doorheen kwam. Misschien moet ik het opnieuw wagen en bewijst het zijn urgentie nu wel.

Vaak bespreekt Montaigne meerdere opties waarna hij op geheel eigen wijze met een oplossing komt. Nooit zonder scepsis, want zeker is slechts dat er niets zeker is. Na die ontmoeting met Montaigne bleef veel hetzelfde, maar toch anders. Ook was het bestaan wat minder eenzaam dan voorheen voor de wat oudere adolescent die ik toen was. De vertaler Hans van Pinxteren beschrijft een soortgelijke ervaring van verrijking door het lezen van de Essays van Montaigne. Het is alsof hij het over de genade Gods zelf heeft. Iets dat je toevalt als uit het niets: “De Essays hebben mij gevonden, niet andersom.” Van Pinxteren verdiepte zich in de Essays toen hij nierstenen kreeg en zich herinnerde dat Montaigne uitgebreid over niersteenaanvallen schreef. Eerder ontving hij drie deeltjes van Montaigne van een onbekende man die hem – als student werkzaam bij het veilinghuis Mak van Waay – de boeken in handen drukte met de woorden: U studeert toch Frans? Dan heb ik hier wat voor u. Ik wilde ze laten veilen, maar het brengt niks op.” Dit boek zal mij geen geldelijk fortuin brengen, maar ik zal het boek ook niet missen. Mijn eigen vuistdikke exemplaar (vertaler: Frank de Graaff) verkoop ik natuurlijk niet.

PHP Code Snippets Powered By : XYZScripts.com