In 't Wasdom

antiquariaat Cornelissen & De Jong – Notter | Zwolle
november 9th, 2024 by Jaap de Jong

De muze en de gokverslaafde. Over Anna G. en Fjodor M. Dostojewski

In de nazomer van 1867 had Anna G. Dostojewski (1846-1918) het lastig. Zo lastig dat ze overwoog om weg te gaan bij haar man Fjodor M. Dostojewski (1821-1881) met wie ze in het vroege voorjaar was getrouwd. Een jaar eerder, in oktober 1866, was ze als stenografe begonnen bij Dostojewski. Fjodor zat in dat jaar in een lastige financiële positie. Hij had niet alleen de zorg van het gezin van zijn overleden broer Michael overgenomen, maar ook diens schulden. Bovendien was er een uitgeverscontract dat er vóór 1 november 1866 een roman ingeleverd moest worden. Zo niet, dan was de uitgever vrij om negen jaar lang naar eigen goeddunken over zijn schrijfsels te beschikken. Zonder honorering. Met hulp van Anna G. slaagt Fjodor erin om net op tijd De Speler in te leveren. Het is een dun deeltje. Normaliter kreeg Dostojewski per woord betaald, maar in dit specifieke geval lag dat anders. Dostojewski moest het tegen de tijd opnemen.

De Speler handelt over gokverslaving, een fenomeen dat Dostojewski goed kende. Hij zat jarenlang als een verslaafde aan de speeltafels van de Europese steden: Wiesbaden, Saxon-les-Bains, Bad Homburg, Geneve. In de herfst van oktober 1867 had Fjodor M. geld en goed vergokt: tot aan de kleren van Anna G. toe  Koud uit het casino schreef hij zijn vrouw: “Anna, liefste, mijn lieveling, ik heb alles verloren, alles, alles!”

Die brieven in de herfst van 1867 zijn trouwens adembenemend. De vertaler Karel van het Reve – die de pest had aan de dikke romans van Dostojewski – gunt de lezer, van het onvolprezen en moeilijk verkrijgbare elfde deeltje (Brieven) uit de Dostojewski-reeks, een ruime blik in de emoties van Fjodor. Dat elfde deeltje bezit ik helaas niet meer, maar de Herinneringen van Anna G. en haar dagboek kan ik nog wel uit de kast trekken.

Het was niet alleen het gebrek aan geld dat het leven in de herfst van 1867 zwaar maakt  – “we leven al twee jaar in armoede. Van alles wat we bezitten is alleen ons geweten nog schoon”, schrijft Anna. Van een schoon geweten kun je niet eten, bovendien was er een crisis in het huwelijk. En het writers-block lag altijd op de loer. Als de plot niet helder was en de woorden niet als vanzelf kwamen was Fjodor M. moeilijk in de omgang. Het kan Anna, zijn vrouw en stenografe, niet zijn ontgaan.

Anna vermoedde dat Fjodor zijn eerdere verhouding met Polina Suslova (1839-1918) niet definitief had beëindigd. En inderdaad had Fjodor Dostojewski tot 1866 een relatie met Polina die door vele anderen als een femme fatale werd gekarakteriseerd. Die verhouding begon in 1861 met het bezoek aan door Fjodor D. verzorgde lessen, waar Polina alles – of in elk geval veel – deed om zijn aandacht te trekken. Fjodor M. Dostojewski gaf geen krimp. Kort daarop schrijft ze hem een liefdesbrief. Na de ontvangst van die brief en het lezen van een eerder gepubliceerd verhaal trok Polina de aandacht van Dostojewski wel en slaagde erin die voor langere tijd vast te houden. Sterker nog, Polina Suslova speelt in verschillende romans van Dostojewski een niet onbelangrijke rol. In De speler doemt zij op onder haar eigen naam Polina. In De idioot is zij Katerina Ivanovna Marmeladova, in Misdaad en straf staat Polina Suslova voor Lizaveta en zo is er meer te noemen. De affaire werd in het voorjaar 1866 beëindigd. Wel werden er nog brieven gewisseld. Anna wist van de breuk, maar had, naar eigen zeggen, een jaloerse aard en was wantrouwig, zo wordt duidelijk uit haar dagboek.

In De muze van de gokverslaafde van Kaufman staat het verhaal over de aanleiding tot het oplevende wantrouwen van Anna. Na een bezoek aan het postkantoor in Geneve zocht Fjodor zijn zakken na en haalde er een verkreukeld papiertje uit waarop iets stond geschreven. Anna strekte haar hand uit en vroeg hem wat het was en van wie. Fjodor vertelt niets en laat het briefje niet los. Anna laat ook niet los. Uiteindelijk scheurt het papiertje en dwarrelen de snippers op de grond. De beide echtelieden lopen gescheiden naar huis. Na thuiskomst van Fjodor gaat Anna terug om de snippers op te rapen die zij bij elkaar plakt in een succesvol pogen om het adres te ontcijferen. Het blijkt een hoax, zorgen om niets.

Tussen Anna en Fjodor M komt het goed. Een paar maanden later wordt Sonja geboren, genoemd naar de eigenlijke hoofdpersoon uit Misdaad en Straf: de vrouw die Raskolnikow tot ommekeer brengt, het ‘hoertje’ dat in werkelijkheid een heilige is. Alleen Dostojewski kan zoiets bedenken en waar maken. En Graham Greene, ja ook Graham Greene, maar dat is een ander verhaal. Anna wordt de succesvolle zakenvrouw die zelf schrijft en de schuldeisers van het lijf houdt. In 1871 komt de gokverslaving tot een einde. Daarna volgen succes, roem en rust en zal de reinheid niet zijn achtergebleven.


PHP Code Snippets Powered By : XYZScripts.com