In 't Wasdom

antiquariaat Cornelissen & De Jong – Notter | Zwolle
april 2nd, 2021 by Jaap de Jong

Wie was Jezus? Over de Jezus van Den Heyer, Schweitzer en Van Messel

Eergisteren overleed Cees J. den Heyer (1942-2021). Twintig jaar geleden las ik een paar van zijn boeken: over 150 jaar Jezus-onderzoek, over verzoening en – als laatste – zijn autobiografie Ruim geloven. Een theologisch zelfportret. Den Heyer was voor mij de hekkensluiter, na Albert Schweitzer, Herman Wiersinga, Harry Kuitert en nog een paar anderen.

Schweitzer vond ik de meest fascinerende figuur: filosoof, theoloog, arts en een liefhebber van Bach over wie hij een technisch-muzikale biografie schreef.  Dat hij piano speelde in het oerwoud bij Lambarene – Chopin’s Nocturnes uiteraard [maar dat heb ik niet gecheckt] – vond ik fascinerend. Bovendien bespeelde hij in 1932, toen hij tijdens zijn reis door Europa Zwolle aandeed, ook het Schnitgerorgel. Ongetwijfeld tot genoegen van zijn vriend Gerardus Horreüs de Haan (1879-1943), de rode dominee, die hier als predikant actief was en op Groot Wezenland woonde. Maar Schweitzer schreef ook een baanbrekend onderzoek over Jezus, promoveerde later nog eens als filosoof. Ik denk dat hij in zijn filosofie Eerbied voor het leven nog wel het beste demonstreerde dat hij iets begreep van wat het ding van Jezus was.

Na het lezen van Den Heyer was ik wel zo’n beetje klaar met de theologische dogmatiek. Het was een lange weg: van de gereformeerde dogmatiek van G.H. Kersten tot Kuitert’s Algemeen betwijfelde christelijk geloof. Ik was weer terug bij wie ik was als achttienjarige jongen die tegen zijn vader zei dat het allemaal wel mooi en aardig was die godsdienst, die hemel of die hel, maar dat mijn portie wel naar Fikkie kon als het in het hier en nu niks uitwerkt.

Met Jezus had ik nooit zo veel. Zo zoet, zo weeïg als hij meestal werd afgeschilderd. Wel met God die bij mij nooit een baard droeg. Van Hem weet ik natuurlijk veel minder dan de predikers die ik over Hem hoorde. Alleen dat Hij het ontoegankelijk licht bewoont; dat Hij toeft aan de rand van het naderbare en is in het ruisen van de moerbeitoppen. Dat zijn Zijn – wat het ook is – het allermooist verfilmd wordt in Reygades’ Stellet Licht, een verhaal dat speelt in Mexico en opgenomen is met Mennonitische amateur-acteurs. De existentialistische thematiek en de aanpak heeft veel weg van Ingmar Bergman. En dan is er de prachtige filmstijl: adembenemend is de beginscene: het lichtende licht. Dat is genoeg.

Den Heyer was zijn leven lang bezig met het thema die de grote dichter Saul van Messel in een A-viertje samenvat, maar dan van een andere, niet-christelijke, zijde. Wie was Jezus (als jodenjongen)?

Bloed-verwant / envoi – wij noemden hem doodgewoon jeizele / dat klonk grover dan jesulein / de tole heette ook wel thuis: de gehangene aan het kruis // toen ik later bij klausner las / hoe hij als jodenjongen wel was / heb ik dat nauwelijks bevat / binnen het raam van mijn jiddisjkat / hoelang dacht ik was het geleden / dat hij op nieuwjaar was besneden / wie fungeerde als mool / als gevatter / wie zong toen de geijkte gebeden.

Uit: Saul van Messel (1988) – Golgotha met rente. Joodse jezus-poezie. Heemstede: eigen beheer.


Heyer, C.J. den (1997). Verzoening. Bijbelse notities bij een omstreden thema. Kampen: Kok - Heijer, C.J. den (2000). Ruim geloven. Een theologisch zelfportret. Zoetermeer: Meinema - Heijer, C.J. den (1996). Opnieuw: Wie is Jezus? Balans van 150 jaar onderzoek naar Jezus. Zoetermeer: Meinema. Alle boeken in goede staat. Wat leesvouwtjes in de rug, verder geen gebruikerssporen. € 35,00 (incl. pak- en verzendkosten). Interesse? Neem contact met ons op.

Méér nieuwe oude boeken bij Cornelissen & De Jong

PHP Code Snippets Powered By : XYZScripts.com