In 't Wasdom

antiquariaat Cornelissen & De Jong – Notter | Zwolle
november 7th, 2022 by Jaap de Jong

De ogen van de Engel des doods. Over Sjestov en Dostojewski

Toen ik naar aanleiding van de beschrijving van de bibliografische gegevens de dissertatie van Katja Tolstaja wat nauwkeuriger bekeek werd ik getroffen door het inleidende citaat van Lev Sjestov (1866-1938).

Sjestov was een existentialistische filosoof van wie ik lang geleden een indrukwekkend boekje las: crisis der zekerheden. Sjestov, joods en afkomstig uit de Oekraïne, sloeg op de vlucht na de oktoberrevolutie van 1917 en emigreerde in 1921 vanuit Kiev naar Parijs. In Crisis der zekerheden is hij kritisch op de dominante positie van de menselijke rede in de filosofie. Het is een protest tegen de algemeen aanvaarde waarheid dat “twee maal twee vier is.” En hij deelt dat met Dostojewski’s protogonist uit Memoires uit het ondergrondse. Sjestov verdiepte zich in het werk van Buber en Kierkegaard, maar ook in dat van Dostojewski. Over de laatste was hij niet onverdeeld positief, maar voor Sjestov was hij wel de schrijver die in het bezit was van wat hij “het dubbele zicht” noemde.

Om het citaat van Sjestov nog meer op zijn waarde te schatten is het, denk ik, goed op te merken dat Dostojewski in 1849 net op het nippertje aan het vuurpeloton ontsprong. In april van dat jaar werd hij vanwege zijn activiteiten bij een socialistisch-nihilistische groepering gearresteerd en ter dood veroordeeld. Net voor het moment van executie kreeg hij gratie en werd hij veroordeeld tot vier jaar dwangarbeid in Siberië. Fjodor Dostojewski was aangeraakt door de engel des doods die hem als het ware op de schouder tikte en hem – uit zijn schatkist van talloos veel miljoenen – wellicht de twee extra ogen achterliet waarover Sjestov het heeft. Is het schrijverschap van Dostojewski denkbaar zonder zo’n existentiële ervaring? Hieronder volgt het betreffende citaat:

“Soms komt het voor dat de engel des doods, die de ziel komt halen, de indruk krijgt dat hij te vroeg is gekomen, dat voor die mens de tijd nog niet aangebroken is om de aarde te verlaten. Hij beroert zijn ziel niet, hij toont zichzelf niet eens aan haar, maar, voordat hij heengaat, laat hij ongemerkt voor deze mens nog twee ogen achter uit de ontelbare ogen die hij met zich meedraagt. En dan begint die mens plotseling, boven datgene wat allen zien en wat hij met zijn oude ogen ziet, iets geheel nieuws te zien. En hij ziet dit nieuwe op een nieuwe manier, zoals niet de mensen zien, maar wezens ‘van andere werelden’, zo dat dit niet ‘noodzakelijk’, maar ‘vrij’ is, dat wil zeggen dat het er gelijktijdig is, maar ook weer niet, dat het verschijnt wanneer het verdwijnt, en verdwijnt wanneer het verschijnt. De oude natuurlijke ogen ‘zoals bij iedereen’ getuigen van dit ‘nieuwe’, het direct tegenovergestelde aan datgene wat de ogen zien die door de engel zijn achtergelaten.”

Natuurlijk zijn die nieuwe visioenen ietwat bizar, onwettig, gefantaseerd en spoken van een verwarde verbeelding. Althans zijn ze in strijd met het gewone zicht. Die spanning tussen de twee wijzen van zien leidde bij Dostjowski tot grootse literatuur. Hij had daar vaak veel woorden voor nodig, misschien mede uitgelokt door de uitgever die hem per woord betaalde. Aan het einde van zijn verhaal over de ogen van de Engel des doods schrijft Sjestov dat Dostojewski zonder twijfel een van de mensen was die in het bezit zijn van het dubbele zicht. Juist dat stelde hem in staan in zijn schrijven de polyfonie & meerduidigheid in en tussen mensen vorm en inhoud te geven.

Bij mij speelt nog een andere vraag: zou het verhaal van Sjestov over de Engel des doods uit de chassidische traditie stammen en is het wellicht opgenomen in de door Buber en anderen opgetekende vertellingen? Welke varianten zijn er en waar bevinden die zich? Wie weet daar iets van? Ik hoor het graag.

De kunstenares Anastasia Belova maakte de tekening van de Engel des doods (Loosdrecht, 2000), die als omslagillustratie de dissertatie van Katja Tolstaja siert. Katja Tolstaja [officieel: Tolstoj] is oprichter en hoofd van het Institute for the Academic Study of Eastern Christianity en tegenwoordig ook VU-hoogleraar. Onlangs interviewde Lodewijk Dros haar over haar werk.

Op de website karlbarth.nl staat overigens een uitgebreide recensie over haar dissertatie.


PHP Code Snippets Powered By : XYZScripts.com